dinsdag 12 juli 2016

Het Kwintet van Nina Roos

Jeugdboeken hebben de meeste indruk op me gemaakt. Het zijn vooral tekeningen die zijn blijven plakken.

Allereerst schiet 'Mathilda' van Roald Dahl me te binnen. Lezen over iets dat niet kan, maar zo overtuigend is opgeschreven dat je het onmiddellijk gelooft, ik was ervan ondersteboven. Kon ik ook een potlood laten zweven? Wie weet. Ik probeerde het en vertelde niemand erover.
'Kruistocht in spijkerbroek' van Thea Beckman liet me voor het eerst met de geschiedenis meeleven. Ik was ervan overtuigd dat ik in de verkeerde tijd geboren was, dat ik de hoofdpersoon had moeten zijn.
Ook het gouden boekje 'De gele taxi' is blijven hangen, keer op keer lazen mijn ouders het boek en al wist ik dat de inzittenden de trein zouden halen telkens was het enorm spannend of dat ook dit maal zou gebeuren.

Korter geleden hebben vooral verhalenbundels indruk gemaakt. Ik heb tekeningen bij verhalen uit onderstaande bundels gemaakt omdat me vooral heldere beelden zijn bijgebleven.

Maarten Biesheuvel, 'De Weg naar het Licht'



Anatoli Gavrilov, 'En de zon komt op'



Mensje van Keulen, 'Een goed verhaal'



Bette Pesetsky, 'Verhalen tot op zekere hoogte'




Manon Uphoff, 'Begeerte'




'Drie Dagen' van Uitgeverij Harmonie is nu verkrijgbaar.

zaterdag 10 januari 2015

Het Kwintet van Bette Westera

Het schaap VeronicaAnnie M.G. Schmidt
Ik ben een jaar of acht. In onze witte Daf 33 rijden we regelmatig van Nieuwkoop naar familie in Doesburg. Om ons zoet te houden leest mijn moeder voor uit Het schaap. Sommige passages kennen we nog steeds van buiten. Ze klinken tijdens familiedinertjes: ‘Hij eet het uit beleefdheid, maar hij eet het, wees gerust,’ kraamvisites: ‘Hij druipt een weinig. Moet hij soms een schone luier an?’ en enerverende oppasavondjes: ‘Hij heeft geen kik gegeven, zei het schaap Veronica.’ Sterk rijm, strak metrum en veel humor door de combinaties van karakters: een schaap, twee dames en een dominee.

Torenhoog en mijlenbreedTonke Dragt
Jaren later neemt Tonke Dragt me mee naar Venus. Vanuit een glazen koepel onderzoeken aardebewoners deze planeet, ‘waar wouden zijn, als vuur zo heet, torenhoog en mijlenbreed.’ Gevaarlijk dus, die vreemde wereld. De jonge onderzoeker Edu verlaat de koepel tegen alle veiligheidsregels in zonder ruimtepak. Hij ontdekt een wonderschone wereld, met wezens die elkaars gedachten kunnen lezen. Niet het vreemde, maar de angst voor het vreemde blijkt het meest bedreigend. Zoals Edu is wil ik ook zijn: dapper, onderzoekend en open voor alles wat anders is.

Erik of het klein insectenboek Godfried Bomans
Weer een paar jaar later. Voor Nederlands moet ik elke eerste maandag van de maand een boekverslag inleveren. Ik ontdek op zondag dat het maandag 1 maart is. Uit de boekenkast gris ik een boek van Bomans en begin als een razende te lezen. Halverwege Eriks bezoekjes aan de insectenwereld wordt duidelijk dat het me niet gaat lukken het hele boek uit te lezen, laat staan samen te vatten. Ik lees hier en daar een flard en schrijf in mijn verslag:  ‘En zo bezocht Erik nog veel meer insecten.’ Rond twaalf uur ’s nachts sluit ik mijn verslag af. De leraar leest het voor in de klas en ik krijg een 10. ‘Omdat ik ermee laat zien,’ legt hij uit, ‘dat een goed boekverslag niet het hele verhaal hoeft samen te vatten.’

KerewinKeri Hulme
Ik ben twintig als Kerewin voor het eerst lees. Verschillende malen heb ik het herlezen en het blijft me intrigeren. Een Maori-vrouw die zich heeft teruggetrokken in een toren ontmoet een kind dat niet spreekt. Toch begrijpen ze elkaar. De pleegvader kan het kind niet bereiken en kiest uit onmacht de taal van het geweld. Een ontroerende roman over cultuurverschillen, relaties, menselijk onvermogen en – mijn thema – communicatie.

Min KampKarl Ove Knausgård

Vorig jaar las ik alle zes delen van Mijn strijd in het Noors en ik weet nog steeds niet precies wat me nu zo boeit aan die meer dan 3000 pagina’s persoonlijke strijd met het leven van alledag. De ongecensureerde manier waarop Knausgård de lezer inkijk geeft in zijn leven en zijn binnenwereld misschien? Wat is daar dan zo boeiend aan? Zou ik even geïntrigeerd zijn geweest als Knausgård zijn relaas als fictie had gepresenteerd? De verhouding tussen feit en fictie, ook een van mijn thema’s. Vandaar waarschijnlijk.

Doodgewoon van uitgeverij Gottmer is nu verkrijgbaar

maandag 8 december 2014

Het Kwintet van Ben Fergusson

It goes without saying that me selecting my five favourite or most influential books is going to be a shifting affair the list would look very different next year; it would probably be slightly different tomorrow. The criteria for the books below are either that, like the Yates, they would have to be on any list I wrote and come with my feverish recommendation. Others, such as Tolstoy or Mansfield are loved, but also directly influenced the way I write, so are influentialin the truest sense of the word.

I am not someone who tends to read all or even many books by the same author. With so many books to be read, I often feel that once Ive read a Roth, a Carr, or a Diaz, that Ive done my duty by that writer and can move on to the next. However, nearly all the below books are by authors whose complete works I have devoured. In that sense, they are all jumping off points and invitations to read more.

Richard Yates, Cold Spring Harbour

I could pick any of Richard Yatess books his short stories are incredible. The Easter Parade was the most recent of his that I read, and is completely devastating. Cold Spring Harbour follows Evan Shepards entanglement with the Drake family and is full of nostalgia, incredible dialogue and heartbreaking characters. Funnily enough, I never find the experience of reading his books miserable. He pulls of the trick of making them sad, but so true that the experience is somehow rewarding and life-affirming.

Katharine Mansfield, The Complete Stories

I could recommend specific collections, but Mansfield died so young (even her last words were poetry — “I love the rain. I want the feeling of it on my face.) and her work is so consistently good, that you may as well just buy the lot. I almost never cry at books, but her story The Dolls Housenever fails to floor me in the last line. Her story Blissis the piece of writing that made me realise what kind of writer I wanted to be, when we were given it to read at university. It is so perfectly done.

John Steinback, Cannery Row

This is a brilliant, joyful book about nothing at all. Steinbeck had an incredible ability to shift between styles and lengths. In The Pearl the story is all fable-like plot. In Cannery Row you have nothing but character. Its such a gentle portrait of what are some pretty sad figures, in many ways, but again leaves you feeling hopeful and like youve read something trueabout life.

Leo Tolstoy, Anna Karenina

Anna Karenina is simply a lesson in how to write. He gives you a complete sense of a society at a certain time, and if youre a historical writer, he is the best guide to how to make this work. His psychological insights into all of his characters are incredibly striking, but also the way he moves you through a party, brings you along on the duck hunt, places you in the train carriage. It is a book that cant be overrated.

Truman Capote, In Cold Blood

This is simply one of my favourite books. Its exciting and thrilling and so cleverly put together. The scene at the end when Perry Smith describes the murders again is completely chilling, despite the fact that we already know what happened and what the series of events was. Masterfully done and, as mentioned above, should lead you onto every other book he ever wrote.

De Lente van Kasper Meier (The Spring of Kasper Meier) van uitgeverij The House of Books is nu verkrijgbaar

maandag 1 december 2014

Het Kwintet van Laura Mijnders

Als het iets is dat naar mijn mening revoluties in het hoofd veroorzaakt zijn het wel boeken. Het fijne van boeken – in tegenstelling tot conversaties met mensen - vind ik dat je ze kunt wegleggen, erover kunt nadenken. Je kunt een fragment herlezen, en een eerder gevormde mening bijstellen. Het ligt vast op papier, zweeft niet weg, zoals dat bij conversaties gaat. Nu ben ik sociaal soms wat onhandig, boeken zijn veilig voor mij, ze vallen binnen mijn comfort zone. Ik kan er in verdwijnen. Onzichtbaar worden. Tegelijkertijd inspireren boeken mij juist om erop uit te gaan, fantasieën na te jagen. Boeken verbinden mensen met elkaar.

Ik vond het moeilijk om tot vijf boeken te komen, daar er zoveel boeken zijn die mij aan het denken hebben gezet, danwel indruk hebben gemaakt. Ik heb een beroep gedaan op het leven tot nu toe. Welke boeken hebben mij beïnvloed door de jaren heen, welke boeken hebben mij gevormd, geraakt of riepen weerstand bij mij op? Weerstand komt bij mij vaak voort uit het feit dat je geraakt wordt door iets dat beklijft, achtervolgt. Een voorbeeld van een boek dat enorm veel weerstand bij mij oproept, maar wat mij tegelijkertijd gevormd heeft en niet loslaat, is de Bijbel.

Mijn familie is gelovig. Ze gaan naar de kerk en worstelen soms met het geloof – zoals dat gaat -. Zo werd ook ik naar een christelijke school gestuurd en geacht elke zondag mee te gaan naar de kerk. Nu ik ouder word en de Bijbel herlees, realiseer ik mij dat de Bijbel geen 'moeten' is, maar vrij te interpreteren valt. Er staan enkele verhalen in die mij tot denken aan kunnen zetten. Het verhaal van Simson bijvoorbeeld, over wraakzucht en macht.

Een tweede boek uit mijn jeugd dat niet in dit lijstje kan en mag ontbreken is Floddertje van Annie M.G. Schmidt. Floddertje heeft goede bedoelingen die het merendeel van de tijd onhandig uitpakken. Floddertje deed mij denken aan mijzelf en nog steeds, ook mijn goede bedoelingen pakken niet altijd handig uit. Mijn fijnste herinneringen aan dit boek gaan terug naar toen ik een jaar of vijf was. Mijn moeder las mijn broer en mij voor terwijl wij op het stapelbed tot in den treuren konden luisteren naar alle avonturen die Floddertje overkwamen. Elke avond weer.

Mijn lievelingsboek is Boven is het stil van Gerbrand Bakker. Ik was op zoek naar een boek voor mijn vader, toen ik dit boek tegenkwam. De kaft met daarop enkele koeien, drong zich meteen aan mij op. Uiteindelijk heb ik het boek geleend toen mijn vader het uit had. Ik heb hem vijf keer gelezen, nog verveeld het boek mij niet. De eenvoud en de stilte tussen de woorden door grijpt mij steeds opnieuw.

Het boek dat ik het vaakst heb moeten wegleggen was het boek van David Pelzer, de complete trilogie: 'Ik was niemand', 'Ik heb geen thuis' en 'Ik had geen naam'. Het is een autobiografisch boek waarin Pelzer beschrijft hoe hij vanaf zijn vierde levensjaar ernstig wordt mishandelt. Toch geeft hij nooit op, hij knokt zich een weg door alle ellende heen en verwezenlijkt ten slotte zijn droom, wordt piloot en verzameld een liefhebbende familie om zich heen. Ik ben gek op autobiografieën, het leren over en van andere, voor mij onbekende mensen.

Een vijfde en laatste boek dat mij gegrepen heeft is Vergeef me, van Wally Lamb. Het boek beschrijft het leven van tweelingbroers Dominick en Thomas. Thomas kampt met schizofrenie. Na een voorval in de bibliotheek waarbij hij zijn rechterhand afhakt, wordt Thomas opgenomen in een gesloten psychiatrische inrichting. Dominick is verwikkelt in een tweestrijd, enerzijds houdt hij van zijn broer, anderzijds heeft hij zijn hele leven geprobeerd los te komen van Thomas en zijn beperkingen. Uiteindelijk probeert Dominick zijn broer te bevrijden uit de inrichting, waarbij hij zijn eigen leven verwaarloost. De wijze waarop het verhaal verteld wordt, de verschillende verhaallijnen die uiteindelijk een vormen, maken dat dat je het boek amper kunt wegleggen, steeds wilt weten hoe het verder gaat. Ik houd daarvan. Een boek moet je bij de kladden grijpen, door elkaar schudden. Dat doet dit boek meer dan eens.

Nachtschade van uitgeverij Voetnoot is nu verkrijgbaar. 

maandag 10 november 2014

Het Kwintet van Eva van Esch

Lijstjes. Soms maak ik die om orde in de chaos te scheppen. Meestal is het onbegonnen werk, zo ook deze top vijf. Als dode vissen komen de mogelijkheden bovendrijven. Kijk daar, Anna Karenina en Lolita, verderop de dagboeken van Virginia Woolf – begrijp me niet verkeerd, de personages zijn levensecht, maar soms zinkt er een, een ander drijft weg, het oppervlak is veranderlijk. Dit keer zal ik niet uitweiden over schrijvers die mij van mijn sokken blazen, ik houd het klein en noem vijf titels van boeken waar ik telkens weer zin (veel zin) van krijg om te gaan schrijven. De fragmenten hebben een context nodig, ik weet het, maar daar is nu even geen ruimte voor. Ze gaan over ritme, over een toon, over de juiste balans tussen huilen en lachen, ach, ze gaan over zoveel. Ik kan erover vertellen, maar liever laat ik de personages zelf aan het woord.

Lydia Davis, Bezoek aan haar man, titel verhaal: De sok.

Mijn man is nu met een andere vrouw getrouwd, kleiner dan ik, ongeveer een tweeënvijftig, stevig gebouwd, en natuurlijk oogt hij langer dan vroeger en smaller, en zijn hoofd oogt kleiner. Naast haar voel ik me knokig en lomp en ze is te klein voor mij om haar recht aan te kunnen kijken, al probeer ik altijd in de juiste hoek te gaan staan of zitten om dat te doen. Ik had ooit een helder beeld van het soort vrouw waarmee hij moest trouwen als hij weer zou gaan trouwen, maar geen van zijn vriendinnen was helemaal wat ik op het oog had en deze wel het minst van allemaal.

Bret Easton Ellis, De informanten, titel verhaal: De roltrap naar boven

‘Ja, ik ben ‘t.’ Mijn moeder klinkt eenzaam, geïrriteerd. ‘Was je ergens heen? Ik heb eerder al gebeld.’
‘Ja,’ zucht ik. ‘Boodschappen doen.’
‘O.’ Stilte. ‘Waarvoor?’
‘Nou ja, voor… honden,’ zeg ik en dan: ‘Boodschappen doen,’ en dan: ‘voor honden,’ en dan: ‘Hoe voel je je?’
‘Hoe denk je?’
Ik zucht en ga achterover op bed liggen. ‘Ik weet ’t niet. Hetzelfde?’ en dan, na een minuut, zeg ik: ‘Niet huilen. Alsjeblieft, niet huilen.’
‘Het is allemaal zo zinloos,’ zegt ze, ‘ik zie dokter Scott nog steeds elke dag en dan heb je de therapie en hij blijft maar zeggen: “Het gaat vooruit, het gaat vooruit,” en ik vraag maar steeds: “Wàt gaat vooruit, wàt gaat vooruit?” en dan…’ Mijn moeder valt stil, buiten adem.

Yasmina Reza, Gelukkig de gelukkigen, titel verhaal: Vincent Zawada

Terwijl ze in de Tollere Leman-kliniek op haar bestraling zit te wachten neemt mijn moeder elke patiënt in de wachtruimte aandachtig op en zegt met nauwelijks ingehouden stem: pruik, pruik, niet zeker, geen pruik, geen pruik… Mama, mama, niet zo hard, zeg ik, iedereen kan je horen. Wat zeg je? Je praat binnensmonds, ik versta er niets van, zegt mijn moeder.

Bukowski, Vrouwen

(perspectief Hank)
Terug in L.A., na onze week in Catalina, zaten we op een avond bij mij thuis, wat ongewoon was. Het was ’s avonds laat. We lagen op mijn bed, naakt, toen de telefoon ging in de kamer ernaast.
            Het was Lydia.
            ‘Hank?’
            ‘Ja?’
            ‘Waar heb je gezeten?’
            ‘Catalina.’
            ‘Met haar?’
            ‘Ja.’
            ‘Luister, nadat je me van haar verteld had was ik razend. Ik heb een verhouding gehad. Met een homoseksueel. Het was vreselijk.’
            ‘Ik heb je gemist, Lydia.’
            ‘Ik wil terugkomen naar L.A.’
            ‘Dat zou fijn zijn.’
            ‘Als ik terugkom, zul je haar dan opgeven?’
            ‘Ze is een goeie vrouw, maar als je terugkomt zal ik haar opgeven.’

A.M. Homes, Wat je moet weten, titel verhaal: Rustig blijven, graag

‘Dag lieverd, ik ben weer thuis,’ zegt ze.
Ik houd mijn adem in.
‘Ik weet dat je er bent, je aktetas staat in het halletje. Waar ben je?’
Ik geef nog geen antwoord.
‘Lieverd?’
Ik zit aan de keukentafel.
‘Vandaag is het zover,’ zeg ik tegen haar.
‘Wat is er anders vandaag?’ vraagt ze.
‘Niets. Er is niets anders aan vandaag – dat is het ’m nou juist. Ik voel me vandaag hetzelfde als gisteren en eergisteren. Het is onverdraaglijk. Vandaag,’ herhaal ik.
‘Niet vandaag,’ zegt ze. 

Als Ik de Liefde Niet Heb van uitgeverij Atlas Contact is nu verkrijgbaar.



dinsdag 14 oktober 2014

Het Kwintet van Thomas Heerma van Voss

Naar weinig is mij de afgelopen jaren zo regelmatig gevraagd als naar de inhoud van mijn boekenkast. Vreemd, want veel bijzonders heb ik daar bij mijn weten niet over te zeggen en bovendien lijkt één opmerking over de eigen boekenkast me voor jaren voldoende: een boekenkast is immers niet iets wat, zoals bijvoorbeeld een voetbalteam, voortdurend van samenstelling verandert. En toch, veelvuldig werd mij weer die vraag gesteld: wat staat er in je boekenkast? Kun je je vijf favoriete titels aanwijzen? Vaak heb ik de afgelopen jaren niet op podia gezeten, maar als ik op een podium zat, ging het vaker dan me lief is over de inhoud van mijn boekenkast. Er kwamen zelfs cameraploegen langs om hem vast te leggen, er heeft in de krant een uitgebreid stuk gestaan over de boekenkast van Thomas Heerma van Voss, en steeds noemde ik weer dezelfde titels als favorieten, dezelfde auteurs als meest inspirerende voorbeelden - en achteraf dacht ik altijd: waarom doe ik hier nog aan mee? Wil men niet iets anders weten?
            U vraagt: waarom lever je dan een bijdrage aan deze serie? Beleefdheid, lafheid, die twee zijn soms lastig te onderscheiden.
            Anders dan gevraagd, en anders dan al zo regelmatig tevoren, zal ik hier geen toplijst geven van de boeken die me het meest aan het hart gaan (voor zover zo'n toplijst te maken valt). Ik noem eenvoudigweg een kwintet boeken die recent indruk op mij maakten, en die ik elders nog niet genoemd heb.

- Giorgio Bassani - De gouden bril (1958)
Bassani's verhalen spelen zich altijd af tijdens een specifieke periode in de (Italiaanse) geschiedenis, meestal voor of  tijdens de Tweede Wereldoorlog. En toch voelt zijn werk nooit gedateerd aan. Jaren geleden maakte ik al kennis met de geweldige roman De tuin van de Finzi-Contini's, afgelopen zomer werd ik door een vreemd toeval opnieuw op zijn werk geattendeerd: binnen het tijdsbestek van vierentwintig uur gaven zowel mijn oma als twee dierbare vrienden, een samenwonend stel uit Utrecht, me een boek van Bassani cadeau. Ik las meteen De gouden bril, over de homoseksuele oor-neus-keelarts dr. Fadigati, en al Bassani's kwaliteiten komen in deze kleine roman naar voren: het werk is komisch, spannend, op een niet aanstellerige manier gedetailleerd, en bovenal geschreven in een prachtige, meeslepende stijl.

- Jannie Regnerus - Het lam (2013)
Tot iemand mij dit boek leende, had ik nog nooit van Jannie Regnerus gehoord. Het is een auteur die volgens mij zelden verschijnt bij literaire festivals, voorleesavonden of leesclubs, wat voor haar pleit. Vermoedelijk besteedt ze haar tijd nuttiger: door te schrijven. Het Lam is een kleine, fijne roman. Centraal staan de moeder en haar piepjonge zoon, die kanker krijgt en noodgedwongen steeds meer tijd in het ziekenhuis moet doorbrengen - te jong om precies te begrijpen wat er gebeurt, oud genoeg om te weten dat het iets ernstigs is. Regnerus gebruikt een strakke compositie, een scherpzinnige stijl en een meeslepend verhaal om dit tot een van de betere Nederlandse boeken te maken die ik recent las. Ontroerend bovendien, zonder dat het ergens sentimenteel aanvoelt.

- Raymond Carver - Cathedral (1983)
Een van de beste verzamelingen korte verhalen die ik ken. Cathedral is geschreven in een eenvoudige, bijzonder effectieve taal, die je vanaf de openingszinnen meesleept en niet meer loslaat. De bundel wordt ook niet bevolkt door speciale personages: geen toekomstige presidenten, geen wereldvernieuwers. Nee, het gaat om een man die met zijn ex een gemeubileerd huisje huurt; een alcoholist die verslag doet vanuit een ontnuchteringoord; een moeder van een overleden kind die steeds wordt gebeld door een taartenbakker. Telkens blijft onduidelijk of wat ze meemaken nou een omslagpunt in hun leven vormt of dat het een moment is zoals ze er al tientallen hebben meegemaakt. Dat laat Carver, na een vaak vrij expliciete opening van zijn verhalen, open voor suggestie - en weinig korteverhalenschrijvers kunnen zo overtuigend als hij. (Voor De Correspondent schreef ik een uitgebreid stuk over deze bundel.)

J.M.A. Biesheuvel - In de bovenkooi (1972)
Weinigen beheersen de kunst van het korte verhaal zo goed als Biesheuvel. Zijn taal is precies, licht archaïsch wellicht, maar nooit pompeus; zijn toon is openhartig zonder dat die ergens sentimenteel wordt. In de bovenkooi staat vol met ontroerende, kleine vertellingen die soms haast de impact hebben van een hele roman. De personages zijn cynisch, veelal in zichzelf gekeerd en vechtend tegen somberte. Maar tegelijkertijd is deze bundel juist ook bijzonder humoristisch - en dat is misschien wel de grootste kwaliteit van Biesheuvel. In de bovenkooi deed bij mij wat alleen echt overtuigende boeken kunnen: ze laten me anders naar de werkelijkheid kijken. Vooral op zee zijn Biesheuvels scheepvaartverhalen nooit ver weg.

- Vladimir Nabokov - The real life of Sebastian Knight (1941)

Van veel auteurs die als 'meesterlijk' of in elk geval 'klassiek' bekend staan, vind ik het werk niet om door te komen. Om een of andere reden vermoedde ik ook lang dat dat voor Nabokov zou gelden: jarenlang stelde ik zijn werk uit, tot mijn redacteur Erik de Bruin maandenlang wapperde met een uitgave van Lolita, die ik volgens hem beslist moest lezen. Dat deed ik, het boek beviel, en sindsdien heb ik me gestort op Nabokovs verzameld werk, waar ik The real life of Sebastian Knight tegenkwam. In deze roman probeert de verteller na de dood van zijn schrijvende halfbroer diens levensverhaal te reconstrueren, maar stuit op allerlei dubbelzinnige gegevens, waarmee zich niet een traditionele, kordaat interpreterende biografie laat componeren. Een gelaagd, grappig, origineel en indringend boek. In alleen de eerste alinea zit al meer spanning en originaliteit dan in veel volledige romans.

De Derde Persoon van uitgeverij Thomas Rap is nu verkrijgbaar

zaterdag 4 oktober 2014

Het Kwintet van David Hair

I grew up in smalltown and rural New Zealand, in what we call a 'pakeha' family - that's European/white, generally of British extract, living alongside the native Maori. The media/culture we received was part-British, part-American, and part-Australasian (New Zealand and Australian), as a glance at the pop charts of 1970s New Zealand would tell you. We pakeha have a schizophrenic cultural identity, little pieces of everyone else merging to form something that is hard to pin down as 'ours'. It is no coincidence that Maori culture is so prevalent in New Zealand cultural displays, as we pakeha brought little from elsewhere, shedding the trappings of Europe as we emigrated to the South seas. The sad 60s-70s joke that New Zealand culture was 'rugby, (horse-) racing and beer' was amusing because it was true.

The books we read were therefore from diverse places, and said more about how other places lived than how we did. When I was growing up we pakeha were for the most part yet to embrace the native Maori culture as our own, but the beginnings were there: schools were running 'Maori Studies' classes but they were optional, and we all had a smattering of Maori words in our daily vocabulary. I didn't think of myself as anything other than a New Zealander though; we had our own history quite distinct from Europe, and home-grown heroes like Charles Upham (VC & Bar), John Walker (athlete) and of course the All Blacks to look up to.

This brings me to the first book in my five; Myths and Legends of Maoriland by A W Reed, a retelling for children of the main Maori legends. I read it at a time I was also reading mythology books from other places, and I was proud that we had our own mythic heroes to stand alongside King Arthur and Robin Hood and the rest: Maui, Tawhaki and Hatupatu (my favourite) were the demigods and heroes that peopled my imagination when travelling through the New Zealand landscape as a child, and who fuelled the ideas behind my first novel, The Bone Tiki (a YA novel set in New Zealand).

The first YA book that captivated me was however quintessentially English; The Weirdstone of Brisingamen by Alan Garner is a wonderful blend of the real world and the mythic countryside, incorporating English and Norse legend in a brilliant tale of hidden magic, and it still affects me.

Next came The Lord of the Rings; I guess it's a cliché for fantasy writers, but I read it in my early teens and was totally transported; Tolkien changed my reading habits for a lifetime.

I'm a huge fan of American writer Tim Powers, whose speciality is in blending the mythic with the historical in a crazy, heady brew. I can't pick between The Drawing of the Dark (the siege of Vienna complete with djinns, trolls, King Arthur Reborn and dark magic) and The Anubis Gates (a time travel novel with the most brilliantly moving ending ever).

All of these were from a long time ago now, and were part of what forged my taste in reading; more recently I've enjoyed immensely the Dresden Files by Jim Butcher; Terry Pratchett's Discworld books, Colleen McCullough's Masters of Rome series and many one-off books like The Shadow of the Wind by Carlos Ruiz Zafon (also historical fiction); but the book with the greatest claim to being my favourite of recent years is simply called 'Q' by a collective of Italian writers writing as 'Luther Blissett' - it's a historical spy thriller set in the Protestant Reformation. History, action, mystery, and wonderfully written. Seek it out!


De Brug der Getijden: Water & Vuur (The Moontide Quartet: Mage's Blood) van uitgeverij Luitngh-Sijthoff is nu verkrijgbaar